Stamboom Vennik

Langerak


 


Aantekeningen:
Ten zuiden van de rivier de Lek in de Alblasserwaard tussen de dwergstadjes Ameide en Nieuwpoort ligt langs een recht stuk rivier ("het lange rak") Langerak. De geografische situatie is hier sedert de ontginning van dit gebied in de 11e en 12eeuw en de aanleg van de ringdijk rond de Alblasserwaard weinig veranderd * . Alle bebouwing is geconcentreerd langs de Lekdijk. Vanaf het oosten op de grens met Tienhoven, waar het huis Langestein lag, tot in het westen tegen Nieuw-poorts wallen aan liggen de boerderijen in variërende dichtheid langs de dijk. In het westen is een duidelijk centrum: de kerk, de school, het raadhuis; vroeger ook het kasteel en het rechtshuis. Evenwijdig aan de Lekdijk loopt beneden in de polder de Tiendweg. Zijn naam verraadt zijn oorsprong en zijn zuiver agrarische functie. * . De percelen ("weren") lopen van de Lek de polder in tot de grens met de polders Oud-Goudriaan en Noordzijde. *



De bevolking bestond afgezien van wat vissers (smid, timmerman en andere ambachtslieden woonden te Nieuwpoort) uit boeren. Het belangrijkste product, geteeld op de "voorhoofden" (de hoogstgelegen delen der weren), was de hennip. Hiernaast verbouwde men natuurlijk granen en sedert het einde van de 13e eeuw ook aardappelen. In het lager gelegen gedeelte der polder lagen de weide- en hooilanden * . De ligging aan een schoordijk (geen uiterwaarden) bracht veel ellende. Een aantal wielen getuigt hier nog van. Maar niet alleen dijkdoorbraken te Langerak zelf, ook doorbraken elders in de Alblasserwaard zetten de polder onder water (voor het laatst in 1820). De talloze aanvragen tot vermindering of kwijtschelding van belastingen brengen goed tot uitdrukking hoe zwaar de lasten van deze ellende op de bevolking drukten. * De Lekdijk, een onderdeel van de ringdijk van de Alblasserwaard, beschermt de polder tegen het rivierwater. Langerak wordt mede aangeslagen in de kosten v van dit hoogheemraadschap ("dijklasten"). Het onderhoud van de Lekdijk is thans bij het hoogheemraadschap, maar geschiedde tot in de vorige eeuw door de dijkgeslaagden (particulieren die verplicht waren een bepaald gedeelte dijk te onderhouden). Naast een aandeel in de dijklasten onderhield Langerak nog een slag (stuk dijk) op de Bazeldijk (Zouwedijk). De heer van Langerak benoemde een hoogheemraad in het college van dijkgraaf en hoogheemraden. Sedert 1856 (nieuw reglement van het hoogheemraadschap) benoemd door de koning op voordracht van de hoofdingelanden, die worden gekozen door de stemgerechtigde ingelanden * .



In het oosten wordt de polder tegen het water uit de hoger gelegen polders Tienhoven, Ameide en Meerkerksbroek beschermd door de Langesteinse kade; in het westen loopt de Scheikade (ook wel Postkade) langs de Nieuwpoortse vliet. Dit is de grens niet het oude Liesveld (polders Gel-kenes, Ammers-Graveland, Achterland en Peulwijk). De oude afwatering van Langerak liep door het stadje Nieuwpoort naar de Lek. Sedert 1366 watert men af op de boezem van de Overwaard. * De lasten van dit waaterschap ("watergravegeld") worden door Langerak mede gedragen. Het onderhoud van de kaden langs de boezem was verdeeld over de afwaterende polders. Op vier plaatsen lagen de slagen door Langerak te onderhouden. In het begin van deze eeuw is heet onderhoud overgegaan op het waterschap * . In het college van watergraaf en waterheemraden benoemde de heer van Langerak tot 1851 (nieuw reglement) een waterheemraad. * De drie molens waarmee Langerak op de boezem van de Overwaard afwaterde, lagen in de zuidwesthoek, het laagste deel van de polder. In 1939 werd er één vervangen door een electrisch gemaal, terwijl een tweede het jaar daarop door oorlogshandelingen in vlammen opging * .



Zoals gewoonlijk in de Alblasserwaard vormt de polder één heerlijkheid. Echter met deze uitzondering dat in de noordwesthoek van de polder het stadje Nieuwpoort voor de helft in de polder ligt. De heren van Langerak en het aangrenzende Liesveleld geven in 1283 een handvest aan de poorters van Nieuwpoort, dat voor de helft op Langeraks en voor de helft op Liesvelds gebied ligt * . De heer van Langerak is dan ook heer van half-Nieuwpoort * . In de 13e eeuw is Langerak in het bezit van de heren van Langerak *



* . Door het huwelijk van de erfdochter Elburg van Langerak met Rutger van den Boetzelaer komt Langerak in dit geslacht. (1457) * . Tot 1590 blijft het in de hoofdtak van de Van den Boetzelaers die tevens heren van Asperen zijn. Dan gaat Langrak naar een jongere zoon, Gideon van den Boetzelaer. *



De heerlijkheid is een stichts leen * , maar in navolging van naburige heren verwerft de heer van Langerak zich de facto een zelfstandige positie. Hij is echter niet machtig genoeg om dit tegenover de Staten van Utrecht tot een goed einde te brrengen. In de 16e eeuw zijn er eindeloze processen. In 1599 komt er een accoord tot stand tussen de Staten en Rutger van den Boetzelaer, heer van Asperen en Langerak, optredende voor zijn zoon Gideon. * De Staten geven Gideon de hoge jurisdictie van Langerak "gelegen in den lande van Utrecht op die zuydtsijde der riviere van der Lecke, daar die halve Nijpoort meede op staat ende onder begreepen is, in ende tot een onversterffelijk erfleen". Nadrukkelijk wordt bepaald, dat "die placcaten in den lande van Utrecht gepu-bliceert en noch te publiceeren meede tot Langeraeck voornoemt sullen werden gepubliceert en achtervolcht". Ook al noemen de heren van Langerak zich "vrijheer" en hun heerlijkheid een "vrije", de souvereiniteit berust bij de Staten van Utrecht. Slechts door het bezit van de hoge jurisdictie onderscheidt de heer van Langerak zich van de heren der lage heerlijkheden.



Sedert 1599 worden achtereenvolgens door de Staten van Utrecht * met de hoge heerlijkheid beleend (de belening met de lage en middelbare jurisdictie vond meestal enige dagen eerder door de Staten plaats):

1599 juli 25 Gideon van den Boetzelaer, heer van Langerak. *

1654 juni 6 Rutger Wessel van den Boetzelaer, heer van Langerak; zoon van Gideon. *

1654 juni 8 Frederik Hendrik van den Boetzelaer, heer van Langerak; broer van Rutger Wessel. *

1675 sept. 10 Frederik Gideon van den Boetzelaer, heer van Langerak; zoon van Frederik Gideon. *

1711 nov. 14 Frederik Hendrik van den Boetzelaer, heer van Langerak; zoon van Frederik Gideon. *

1721 aug. 30 Franco Pauw en Anna Constantia Schaep, heer er-vrouwe van Langerak; door koop van Frederik Hendrik van den Boetzelaer, gehuwd met hun dochter Elisabeth. *



1725 juni 5 Anna Constantia Schaep, vrouwe van Langerak; na de dood van haar man. 1728 febr. 11 Elisabeth, barones van den Boetzelaer, geboren Pauw; na de dood van haar moeder. 1736 mei 15 Mr. Cornelis Trip, heer van Oud- en Nieuw-Goudriaan, heer van Langerak; door koop. 1753 sept. 22 Maria le Seutre, vrouwe van Langerak; weduwe van mr, Cornelis Trip. 1775 nov. 11 Maria Trip, vrouwe van Langerak; na de dood van haar grootmoeder. 1775 nov. 11 Mr. Arnold Adriaan van Tets, heer van Goudriaan en Langerak; door koop van mr. Willem Boreel, echtgenoot van Maria Trip. *

1795 juli 17 Mr. Lambertus Pieter van Tets, heer van Langerak; zoon van mr. Arnold Adriaan. *

Na de franse tijd zijn de bezitters der heerlijkheid te vinden in de inventaris (inv. HL. nrs. 9-15). Op 1 augustus 1929 koopt ir. Hero Berend (Struivig) de Groot de heerlijkheid en op 1 november 1955 de Levensverzekerings-Bank te Rotterdam. *



Het kasteel van Langerak met 12 morgen land is leenroerig aan de grafelijkheid van Holland. De bezitter wordt beschreven in de ridderschap van Utrecht. Tot 1707 zijn kasteel en heerlijkheid in één hand. Het wordt uit de boedel van Frederik Gideon toegewezen aan Helena Velters, weduwe van de heer van Kruiningen.28). Na in 1722 door Samson de l'Homme, heer van La Chevellière, gekocht te zijn komt het kasteel via testamentaire beschikking eerst in handen van de burggraven van Dohna en vervolgens door koop in het bezit van Philips Jacob, graaf van den Boet-zelaer, heer van Asperen * . Het kasteel is nu (1737) teruggekeerd in de hoofdtak, die zich nu weer tooit met de titel "heer van Langerak". In 1773 erft een jongere zoon, Benjamin, het kasteel. * . Hij laat nogal het een en ander afbreken rond het kasteel * . Zijn dochter Elisabeth Henriette, de laatste telg uit deze tak, overlijdt in 1815 te Langerak. Zij was sedert de dood van haar vader (1807) eigenaresse. * Haar moeder Agatha Maria Isabella Catharina Anna, barones Sulyard de Leefdael (overl. 1832) erft het kasteel (beter kunnen we nu spreken van het huis). Sedert 1832 komt het door koop in handen van plaatselijke families (De Ruiter, Rozendaal en Slolob). Rond 1640 worden de overblijfselen van het oude kasteel afgebroken. Op het terrein staat sedertdien de boerderij "Het Slot". In 1929 koopt ir Hero Berend (Struivig) de Groot de boerderij. De Nationale Levensverzekerings-Bank te Rotterdam is de huidige eigenaar. *



Behalve een kasteel stond er te Langerak nog een ridderhofstad genaamd Langestein. Oorspronkelijk een arkels leen wordt Langestein met 24 morgen land na de arkelse oorlogen een leen van de grafelijkheid van Holland. Tot 1642 heeft het dezelfde ee eigenaren als het kasteel en de heerlijkheid. Het wordt uit financiële nood verkocht aan Willem Ploos van Amstel, raadsheer te Utrecht. * Deze doet moeite om als bezitter van de ridderhofstad beschreven te worden in de ridderschap van Utrecht. * Ook vroeger schijnen de heren van Langerak hier voor geijverd te hebben. * In 1699 wordt de plaatselijke familie Maath eigenaar, in 1769 de plaatselijke predikant: ds. Willem van der Burgt. In 1800 koopt de rotterdamse familie Herrewijn Langestein. Het is nu een voorname boerenhofstede. De erven Herrewijn verkopen in 1873 het huis met het land aan de familie Van Zessen. * De tienden te Langerak (behalve die van het kerkeblok) werden door de heren van Willige Langerak in leen gegeven. Sedert 1681 wordt de amsterdamse familie De Graaff van Zuid-Polsbroek hiermee beleend.38). In de jaren 1844-1049 werden de tienden door het polderbestuur van Langerak gekocht en door de ingelanden afgekocht.39).



De rechten, die de heren van Langerak naast het recht op overheidsgezag bezaten, (zogenaamde ambachtsgevolgen) worden in de verleibrieven niet gespecificeerd. Gegevens over een veerrecht, een visrecht en een jachtrecht vindt men in Ie archieven.40). In de franse tijd zijn de heerlijke rechten afgeschaft. Wel herstelde Willem I in 1814 de heerlijke rechten, maar in getemperde vorm. Bij de grondwet van 1848 verdween het laatste spoor van eigenlijk gezegd heerlijk recht (van over-heidsgezag als zaak in de handel) * . Heerlijke rechten als jacht- (tot 1923), veer- en visrecht bleven bestaan. Het polderbestuur van Langerak heeft van het bestaan van een heerlijk jacht- en visrecht nog moeilijkheden genoeg ondervonden. * Hoe werkte nu het bestuur? Er is geen scheiding tussen dorps- en polderzaken. Een college van schout en zeven schepenen, ook wel waarsman en gerechten genaamd (oorspronkelijk heemraden), voert het bestuur geassisteerd door een secretaris onder de superviisie van de heer (of diens gecommitteerde/rentmeester). De schout (waarsman) is een belangrijk man. Hij wordt evenals de schepenen door de heer benoemd. Hij onderhoudt de contacten met de Staten van Utrecht, met de Alblasserwaard en de Overwaard. De schepenen (gerechten) assisteren hem. Samen oefenen zij ook de lage rechtspraak uit. De hoge vierschaar, samengesteld uit (een vertegenwoordiger van) de heer en leenmannen, spreekt recht in beroep en bij zware delicten. DG inning der "ongelden" (dijk- en water-gravegeld, binnenlandse lasten en belastingen van de provincie Utrecht) geschiedt ook door de schout en schepenen.



Door het systeem van de "overmorgens" (extra-inning) is dit lucratief. Een college van "achtmannen" (gekwalificeerde ingelanden) wordt gehoord bij belangrijke financiële zaken. * Ook in Langerak zien wij de ontwikkeling dat de ambtenaren van d de heer de belangrijkste posten in het dorpsbestuur aan zich trekken. Dat de rentmeester van Langerak tevens secretaris is, is niet zo verwonderlijk. Maar wanneer in plaats van een rentmeester een drossaard zijn intrede doet (midden 17e eeuw) en deze tegelijk schout wordt, dan verliest de bevolking de greep op het dorpsbestuur (althans dat deel van de bevolking dat er greep op had). Wel blijft er een waarsman (ook wel burgemeester) als hoofd van de schepenen fungeren, maar zijn invloed is gering. Ook de financiële administratie komt in handen van de drossaard. Sedert 1723 wordt hij tot gadermeester aangesteld ondanks hevig verzet van de bevolking. * De zwakke financiële positie van de Van den Boetzelaers doet hen deze ambtembten te gelde maken. * De bevolking toch al zwaar getroffen door de vele overstromingen ondervindt hier de nadelen van. Een triest voorbeeld is Carel van Belle: drossaard, schout, secretaris, gadermeester en stadhouder en griffier van de lenen. * De door hem veroorzaakte chaos in de administratie, samenvallend niet het vertrek van de Van den Boetzelaers, doet de Staten van Utrecht veel directer in het plaatselijk bestuur ingrijpen. Dit gaat ten koste van de horen (bv. het afhoren van de rekening geschiedt nu door de Staten).



De tweede helft van de 18e eeuw brengt rust. Het gaat de bevolking weer wat beter, maar zwaar blijft de hoge rentelast door de vele "negotien" (leningen) op de omslagen drukken. * Zonder enig bloedvergieten wordt ook te Langerak de vrijheidsbooom geplant, op 19 februari 1795. * Onder leiding van de uit ballingschap teruggekeerde schoolmeester Andries Kooiman worden de oude bestuurders afgezet en een municipaliteit gevormd. De eerste president is Benjamin van den Boetzelaer. * Gelateen ondergaat men de vele elkaar snel opvolgende veranderingen in het bestuur. In 1811 wordt Langerak samengevoegd met Ottoland en Goudriaan tot de gemeente Goudriaan. * Bij K.B. van 7 maart 1816 wordt het hersteld als zelfstandige gemeente in de provincie Zuid-Holland. * Langerak is nu via de indelingen in de franse tijd haast ongemerkt losgemaakt uit de provincie Utrecht, waarvan het een wel zeer afgelegen uithoek was, een enclave in de Alblasserwaard. *



De gemeente Langerak (1.000 inwoners) heeft natuurlijk niet veel om het lijf. Het is een rustig boerendorp zonder enige andere bedrijvigheid. Een apart polderbestuur (wel met dezelfde personen bemand als het gemeentebestuur) behartigt de waterschapsbelangen. Een polderschout en drie heemraden bijgestaan door een secretaris en penningmeester oefenen het polderbestuur geheel volgens de richtlijnen van hogerhand uit. De rechtspraak is overgegaan naar de rechtbank van eerste aanleg te Gorin-chem, later het kantongerecht te Sliedrecht. Tot 1848 draagt de heer van Langerak bij benoemingen nog personen voor aan de koning; dan is ook de laatste band tussen heerlijkheid en burgerlijk bestuur verdwenen. De burgemeester, tevens secretaris, is tegelijk burgemeester van Nieuwpoort en Groot-Ammers, Het raadhuis te Nieuwpoort is de zetel van het bestuur. Behalve een bode heeft de gemeente Langerak geen personeel. Pas na 1851 komen er meer ambtenaren, altijd tevens in dienst van Nieuwpoort en Groot-Ammers. De gemeenteraad bestaat tot 1851 uit vier leden; daarna uit zeven. Twee wethouders staan de burgemeester bij (voor 1851 assessoren). Het zijn rustige jaren: behoudens enige epidemiën onder het vee gaat het de boeren goed. Men bouwt een eigen gemeentehuis en na veel aandrang van hogerhand ook een nieuwe school. *



Rond 1900 zal ook hier, zij het aarzelend, de moderne tijd zijn intree doen. De huidige nederlandse hervormde kerk van Langerak dateert grotendeels uit de 15e eeuw. Het tijdstip van stichting is evenals de patroonsheilige onbekend. J.G.C. Joosting en S. Muller Hz., Bronnen voor de geschiedenis der kerkelijke rechtspraak in het bisdom Utrecht in de Middeleeuwen. Den Haag, 1915- II, p. 406. De enige gegevens over het kerkelijk leven te Langerak voor de hervorming leren wij kennen ui o het verslag, dat Matheus Ricaldi, pastoor van Langerak, doet over de toestand van zijn parochie in 1567. * In dat jaar blijkt bijna de gehele bevolking, met de heer van Langerak en zijn zoons voorop, ketters. Na de roerige eerste jaren van de opstand is Petrus Valkius; (Valck) de eerste predikant die wij kennen (1600), Langerak behoort tot de synode van Zuid-Holland, classis Gouda. Lang duurt dit niet, want in 1012 valt het onder de synode van Utrecht, classis Utrecht. *



Sedert 1816 (nieuwe kerkorde) behoort het weer tot de classis Gouda. De heren van Langerak oefenden het collatie-recht uit tot het begin van deze eeuw. Het kerkelijk leven te Langerak onderscheidt zich niet van dat van andere dorpen tijdens de RRepubliek. Isaac Insen, een amsterdamse metselaar, laat ook de kerk van Langerak delen in zijn rijkdom. In 1756 schenkt hij fl. 5.000,-- voor de bouw van een nieuwe pastorie en aan de diaconie f 2.000,--. * Na de invoering van de nieuwe kerkorde heeft men het maar moeilijk met het hoger kerkelijk gezag. Men houdt vrij beheer. Ook het diaconie-armbestuur ondervindt de inmenging van bovenaf. Sedert 1777 zorgde het samen met het burgerlijk armbestuur voor alle armen te Langerak. Dit wordt in 1852 verboden. * De reden voor dit verbod is duidelijk: niet alle inwoners van Langerak behoren meer tot de nederlandse hervormde kerk. Er is een christelijk-afgescheiden gemeente en bij de doleantie zullen nog meer lidmaten de kerk verlaten. Rond 1900 is de toestand van het kerkgebouw zo slecht, dat men aan nieuwbouw denkt. Gelukkig besluit men tot restauratie. * In 1969 is een nieuwe restauratie voltooid. De toren was in 1953 reeds door de gemeente gerestaureerd.

Gemeente/Graafschap : Latitude (Breedte): 51.9321741, Longitude (Lengte): 4.8801807


Begraafplaatsen

   Naam   Plaats 
1.Algemene Begraafplaats LangerakLangerak, Liesveld, Zuid-Holland, Nederland

Geboorte

Treffers 251 t/m 300 van 856

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 9 10 ... 18» Volgende»

   Familienaam, Voorna(a)m(en)    Geboorte    Persoon-ID 
251 den Haan, Neeltje Jansdr  1755I29897
252 den Haan, Neeltje Jansdr  1765I29896
253 den Haan, Peetertje  1801I29898
254 den Haan, Susanna Aarts Cornelisdr  1704I29903
255 den Hartog, Maria  27 dec 1882I31066
256 den Toom, Aartje  7 mrt 1810I135405
257 den Toom, Lijntje  24 jul 1791I69422
258 den Uijl, Adriaentge Gerritsdr  1613I70226
259 den Uijl, Anna Cornelisdr  1600I70227
260 den Uijl, Annetje Gerritsdr  1629I70228
261 den Uijl, Baltus Gerritsz  ca. 1615I70231
262 den Uijl, Bastiaen Cornelisz  1690I105500
263 den Uijl, Cornelis Cornelisz  ca. 1655I105501
264 den Uijl, Cornelis Gerritsz  1618I70232
265 den Uijl, Cornelis Jansz  1619I70233
266 den Uijl, Dirck Teunisz  ca. 1690I118726
267 den Uijl, Geetruij Bastiaensdr  1716I105499
268 den Uijl, Gerrit Balthusz  1646I70234
269 den Uijl, Jan Cornelisz  1590I70237
270 den Uijl, Jan Gerritsz  1621I70238
271 den Uijl, Janneken Balthusdr  ca. 1648I70239
272 den Uijl, Machteld Jansdr  1616I70240
273 den Uijl, Neeltje Cornelisdr  ca. 1590I70242
274 den Uijl, Niesje Balthusdr  1652I70243
275 den Uijl, Pieter Balthusz  1647I70244
276 den Uijl, Sijgje Theunisdr  1668I70245
277 den Uijl, Theunis Bastiaansz  1636I70246
278 den Uijl (Uul), Bastiaen Cornelisz  ca. 1587I105503
279 den Uijl (Uul), Cornelis Bastiaensz  1620I105505
280 den Uijl (Uul), Cornelis Hendriks  ca. 1560I70250
281 Goedhart, Aart Bastiaansz  1731I28636
282 Goedhart, Aart Willemsz  1790I28635
283 Goedhart, Annigje  1838I28639
284 Goedhart, Annigje  4 aug 1844I28640
285 Goedhart, Annigje Willemsdr  1768I103956
286 Goedhart, Annigje Willemsdr  1788I103957
287 Goedhart, Annigje Willemsdr  11 mrt 1798I28641
288 Goedhart, Antonie Willemsz  1795I28650
289 Goedhart, Ariaantje  1822I28653
290 Goedhart, Baligje  1755I28654
291 Goedhart, Bastiaan  1752I28656
292 Goedhart, Bastiaan  1760I28657
293 Goedhart, Bastiaan  1765I28658
294 Goedhart, Bastiaan Willemsz  24 feb 1797I28661
295 Goedhart, Bastiaan Willemsz  18 apr 1799I28662
296 Goedhart, Bastiaantje  1757I28663
297 Goedhart, Dirk  1835I28670
298 Goedhart, Dirk Bastiaansz  1729I28672
299 Goedhart, Dirk Willemsz  1793I28673
300 Goedhart, Gerrit Willemsz  1800I28689

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 9 10 ... 18» Volgende»



Doop (CHR)

Treffers 251 t/m 300 van 382

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 Volgende»

   Familienaam, Voorna(a)m(en)    Doop (CHR)    Persoon-ID 
251 Rietveld, Suzanna Aartsdr  15 apr 1753I57989
252 Rietveld-Maat, Arie Willems  30 apr 1780I58003
253 Rozendaal, Aart Hermansz  10 dec 1775I59432
254 Rozendaal, Catharina Willemsdr  15 aug 1734I59436
255 Rozendaal, Dirk Willemsz  21 nov 1730I59438
256 Rozendaal, Hermanus Pietersz  10 nov 1743I59442
257 Rozendaal, IJfje Willemsdr  8 jun 1749I59443
258 Rozendaal, Katrijntje Willemsder  15 aug 1734I59447
259 Rozendaal, Maria Willemsdr  25 dec 1744I59449
260 Rozendaal, Maria Willemsdr  22 nov 1812I59448
261 Rozendaal, Mees  19 jan 1812I59451
262 Rozendaal, Pieter Teunisz  1 dec 1700I59455
263 Rozendaal, Reijer Willemsz  8 jun 1749I59456
264 Rozendaal, Teunis Willemsz  8 mei 1729I59460
265 Rozendaal, Teunis Willemsz  4 mrt 1736I59461
266 Rozendaal, Teunis Willemsz  2 nov 1738I59458
267 Rozendaal, Teunis Willemsz  2 apr 1747I59459
268 Rozendaal, Willem Dirksz  31 mrt 1771I59465
269 Rozendaal, Willem Hermansz  17 dec 1786I59466
270 Schrijver, Willemijnthje  3 feb 1788I86361
271 Smit, Aalt Theunisdr  26 apr 1696I63250
272 Smit, Annigje Theunisdr  20 feb 1698I63263
273 Smit, Cornelis Corsz  22 mei 1729I63280
274 Smit, Cornelis Corsz  29 okt 1730I63279
275 Smit, Cors Cornelisz  23 dec 1759I63282
276 Smit, Huibert Willemsz  8 jan 1688I63313
277 Smit, Jaapje Corsdr  8 feb 1739I63316
278 Smit, Kors Willemsz  25 sep 1698I63331
279 Smit, Leendert Willemsz  22 sep 1689I63334
280 Smit, Lijsbeth Corsdr  17 jun 1742I63337
281 Smit, Marrigje Corsdr  26 sep 1734I63348
282 Smit, Marrigje Corsdr  12 feb 1736I63349
283 Smit, Marrigje Corsdr  17 mrt 1799I63347
284 Smit, Merrigje Willemsdr  21 feb 1697I63351
285 Smit, Teunis Willemsz  8 okt 1693I63363
286 Smit, Willem Corsz  25 dec 1727I63374
287 Smith, Marigje Huibertsdr  25 aug 1695I63386
288 Stout, Aagje Theunisdr  21 mrt 1756I67704
289 Stout, Claas Jansz  7 sep 1690I67712
290 Stout, Frederik Willem Jansz  26 nov 1693I67726
291 Stout, Neeltje Jansdr  3 feb 1689I67748
292 van der Pijl, Cornelis Cornelisz  3 mei 1705I55315
293 van der Pijl, Cornelis Pietersz  2 mrt 1735I55288
294 van der Pijl, Cors Pietersz  2 mrt 1735I55291
295 van der Pijl, Dirkje Pietersdr  29 aug 1728I55294
296 van der Pijl, Geertrui Jacobsdr  7 dec 1738I55323
297 van der Pijl, Jaapje Cornelisdr  26 jul 1716I55318
298 van der Pijl, Mees Corsz  13 nov 1701I55305
299 van der Pijl, Mees Pietersz  25 nov 1723I55306
300 van der Pijl, Pieter Cornelisz  1 sep 1700I55314

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 Volgende»



Overlijden

Treffers 251 t/m 300 van 482

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Volgende»

   Familienaam, Voorna(a)m(en)    Overlijden    Persoon-ID 
251 Maat, Geertje  24 jan 1876I46887
252 Maat, Gerard Peter  13 sep 1944I46893
253 Maat, Gerrit Hendrik  1 aug 1872I46894
254 Maat, Grietje Adriaansdr  21 okt 1766I46895
255 Maat, Hendrik  19 feb 1831I46901
256 Maat, Huibert  1 nov 1882I46909
257 Maat, Jaapje Adriaans Claasdr  20 aug 1619I46910
258 Maat, Jacoba  17 apr 1985I46911
259 Maat, Jan  15 mei 1891I46919
260 Maat, Jan  22 jun 1961I46920
261 Maat, Jan Arie  16 jan 1888I46922
262 Maat, Janna  8 apr 1854I46926
263 Maat, Janna  24 mei 1961I46924
264 Maat, Janna Jacoba  31 jul 1823I46929
265 Maat, Klaas  24 jun 1864I46939
266 Maat, Klaas  4 jul 1908I46937
267 Maat, Klaas  23 mei 1923I46936
268 Maat, Klaas  18 nov 1928I135425
269 Maat, Klaas Sander  17 nov 1899I46941
270 Maat, Lijntje  12 okt 1844I46947
271 Maat, Lijntje  15 jan 1976I46949
272 Maat, Lijsje Willemsdr  18 jan 1809I46953
273 Maat, Maagje  7 nov 1840I46956
274 Maat, Maagje  16 jun 1842I46957
275 Maat, Maagje  29 jul 1844I46958
276 Maat, Maria  13 mrt 1929I46962
277 Maat, Maria Pietersdr  18 apr 1901I46964
278 Maat, Marinus  16 nov 1901I46966
279 Maat, Marinus Adrianus  20 nov 1910I46967
280 Maat, Marrigje Willemsdr  21 feb 1816I46971
281 Maat, Merrigje  6 jan 1857I46975
282 Maat, Merrigje Klaasdr  22 mei 1863I46978
283 Maat, NN  8 jul 1824I46990
284 Maat, NN  7 nov 1825I46991
285 Maat, Peter  5 jun 1847I46994
286 Maat, Peter  6 apr 1869I46996
287 Maat, Peter  8 sep 1918I46993
288 Maat, Peter Klaasz  29 jan 1850I46997
289 Maat, Petertje  8 mei 1859I46999
290 Maat, Pieter  16 jun 1891I47005
291 Maat, Pieter  22 apr 1909I47003
292 Maat, Pieter  4 okt 1975I47004
293 Maat, Pieter Adriaansz  ca. 1721I47011
294 Maat, Pieter Klaasz  10 nov 1858I47012
295 Maat, Pietertje  vóór 1788I135401
296 Maat, Suzanna  14 jan 1891I47019
297 Maat, Teuntje  29 dec 1880I47024
298 Maat, Willem  6 jun 1900I47031
299 Maat, Willem Ariensz  4 sep 1809I47033
300 Maat (Vinck), Cornelis Adriaans Claasse  1 dec 1672I47056

«Vorige «1 ... 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Volgende»